Doorgaan naar hoofdcontent

Veel voorkomende

"Veel voorkomende ‘aandachtspunten’ voor spreekoefeningen" is de titel die ik in een Wordbestand tik en onmiddellijk opsla op mijn harde schijf alsof ik wil vermijden dat het geheugen van mijn computer zich gaat gedragen zoals dat in mijn hoofd - als ik niks opschrijf in mijn logboek dan gaat het gewoon 'verloren'; ik heb ooit in een handboek Engels gelezen dat je alleen maar dingen vergeet die je wilt vergeten en bij de start van een nieuw schooljaar zou dat misschien wel eens kunnen kloppen.
Ik heb geen zin om dit document op te stellen en bel eerst naar een collega om een probeempje uit te klaren en zucht daarna even als ik toch weer tot dat computerscherm veroordeeld wordt. Ik noteer kort een schema en sla weer op. Mijn mails moest ik nog nakijken. Ik open het elektronisch leerplatform. Acht nieuwe mails. Grmbl, weer een paar vergaderingen bij. Waar is mijn agenda?
Telefoon.
Mijn schoonvader belt vanuit zijn vakantiehuisje in Westende. Het weer was vandaag schitterend. Hij herstelt goed van zijn operatie en kan al flink stappen. Het is nog niet helemaal zoals het moet, maar kom, een mens moet leren om wat geduld te hebben. Vanmorgen heeft hij de hele voormiddag in de zon gezeten. In het weekend gaan ze naar de Atlantic Wall, de Menenpoort...
Waar zat ik vanmorgen? Waar zit ik dit weekend? Tijdens ons gesprek werk ik mijn laatste mails af. Ik hoor het openstaande raam kletteren omdat er wat wind opsteekt. Dat kondigt regen aan. Ik neem een paar overbodige kranten en tijdschriften mee om in de papierbak te deponeren, daar heb ik voorlopig geen tijd voor om daarin te lezen, als ik het raam ga sluiten. Ik rond het gesprek met mijn schoonvader af en zeg dat hij de groeten moet overbrengen aan zijn vrouw, die blijkbaar in de buurt zit en ons gesprek min of meer kan volgen, m.a.w. ze doet onmiddellijk vanop de achtergrond de groeten terug. "Jamaar," zeg ik, "hou ze maar. Ik geef ze je." Een mopje!
Enfin, terug voor met mijn vingers op het toetsenbord. Zo snel mogelijk dat bestand uitwerken. Halfweg wat drinken halen en de radio opzetten, cd'tje erin (Nick Drake, "Made to love magic") en terug aan het werk. Het gaat gelukkig vlot. Opslaan en op Smartschool uploaden. In mijn logboek schrijf ik op morgen dat ik het bestand nog moet afprinten in school en laten kopiëren voor mijn vijfdejaars, kwestie van de inspectie te kunnen aantonen dat we aan 'feedback' doen en dat we oog hebben voor de spreekoefening als procesmatige opdracht. Papieren. Ik gooi ze geregeld in de papiermand, maar ze blijven komen. Er staan twee grote kartonnen dozen klaar om opgehaald te worden. Volgende maand is het van hetzelfde.
Het is ondertussen 21.30u. Ik ben van acht tot half zes in school geweest en heb me om kwart voor acht voor mijn computer geïnstalleerd. Het spel zit weer op de wagen, de ouwe knol kreeg weer een schop onder zijn hol en we zijn dus weer vertrokken. Op mijn lessenrooster stond dat ik maar drie uur moest lesgeven vanmorgen. Ik zou die schrijftaak nog moeten verbeteren, maar ik breng de moed niet meer op en schrijf dit bericht. Ik voel me schuldig.


Voorbereiding

Tijdens voorbereidingen werk je schematisch uit waar je over wilt spreken. Na een korte brainstormsessie, structureer je, voeg je bij, schrap je en oefen je daarna mondeling in. Luister kritisch naar jezelf of laat één van je huisgenoten kritisch luisteren, denk aan wat je medeleerlingen en de leerkracht wil horen en verander de laatste details voor je een laatste keer mondeling inoefent.

OPGELET:
1. Schrijf geen tekst uit of leer geen lesje vanbuiten! Je intonatie verandert en wordt een pak minder natuurlijk, waardoor het ook minder aangenaam wordt. Improviseer je directe taalgebruik. Vervelend neveneffect van de werking van je geheugen is dat het in stresssituaties nogal eens durft haperen met een black-out als gevolg.

2. Wees je bewust van een aantal non-verbale en paraverbale signalen en probeer ook die in te oefenen. Alles wat je inoefent, is vertrouwd en biedt een houvast tijdens stressvolle situaties.

3. Vermijd vlakke intonatie door woorden te beklemtonen, herhaal tijdens het oefenen eventueel een paar keer dezelfde zin zodat je weet welk woord belangrijk is.

4. Vermijd de valkuilen van het dialect. Als je grappig wil zijn, of als je ‘loskomt’, verval je snel in je ‘normale’ taalgebruik dat vaak te dialectisch gekleurd is.

5. Denk goed na over wat je precies vertelt. Probeer je publiek tot op zekere hoogte te ‘vermaken’ zonder daarbij de kwaliteit van de inhoud onrecht aan te doen. Grappen worden geapprecieerd, maar je mag er niet mee overdrijven en ze moeten natuurlijk ook goed zijn. Denk niet te vaak aan bepaalde populaire stand-up comedians, hun enige doel is het publiek aan het lachen krijgen en dat is vaak nogal eenzijdig cynisch.

6. Bij een groter publiek moet je altijd luider en iets trager spreken. Probeer goed te articuleren.

7. Vermijd een zenuwachtige gespannen houding. Adem vanuit je buik, dat klinkt het mooist en is het best voor je stem.

8. Zoek een oplossing voor je ‘handen’. Ze dienen om je woorden kracht bij te zetten en kunnen dus niet voortdurend in de broekzak zitten, op de rug hangen… ze moeten ‘vrij’ zijn om te bewegen, maar doe er dan ook iets mee.

9. Neem de basishouding aan, d.w.z. benen lichtjes open om je gewicht netjes te verdelen over je twee voeten, schouders naar achter en gezicht gericht naar je publiek. Durf te kijken naar je publiek en kijk niet over de hoofden heen.

10. Een spreekoefening is een oefensituatie in de klas om je klaar te stomen voor eventuele presentaties, vergaderingen… in je latere leven. Probeer zoveel mogelijk van je leerkracht en medeleerlingen op te steken!

Reacties

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

afgeknipte handschoenen

met afgeknipte handschoenen - ze rafelen en de draadjes kriebelen tussen mijn vingers - werk ik met een scherm voor mijn neus aan wat ik straks zal moeten uitprinten of met opmerkingen terugsturen. ondertussen wordt het dak geïsoleerd en elke buitenmuur volgespoten met plastic bolletjes - niet speciaal voor mij, ik wikkel mezelf graag in dekens, draag laag over laag op mijn lijf, lees een boek in de stoffigste hoek van dit vochtige huis. maar ik leef hier niet zonder hun twee, dus behoor ik te plannen en te verbeteren met halfwassen handschoenen om mijn tere boekhoudersvingers, die op een toetsenbord thuis horen, geen blote en vereelte buitenhanden om de steel van een spade geklemd. werken aan toekomst, steeds meer toekomst. wearing fingerless knit gloves - they have freyed a bit and the short threads tickle me whenever I touch my face - I work with my nose close to a computerscreen on something I will have to print lateron or send back with ...

baard

  zijn baard was een oergrijze wildegroei en leek wat al te krachtige naar links geblazen   alsof hij zwaar en moede leunend op zijn spade te lang in de eeuwige westenwind stond   de staar gooide reeds een vlies over zijn iris en hij was vier centimeter kleiner dan hij ooit was.   zijn blauwe overal deed hij even zelden uit als zijn lieve zuster hem in de was deed.   nochtans had hij liever een andere vrouw gehad om dat soort dagelijkse beslommeringen te delen en te verdelen onder elkaar. hij wist niet   wat er van haar geworden was, of ze ooit nog aan hem dacht. wat maakte het na al die tijd   uit, nog even de patatten schoonzetten. nog even.

het vat is af, het glas tot de bodem geledigd

diepgeploegde voorhoofdrimpels wil ik hebben, waar de schaduwen van de jaren zich ophouden - net als mijn grootvader zaliger, net als mijn vader, mijn oudste broer, en zo snel mogelijk grijze haren op mijn hoofd, in mijn snor en in mijn baard, en daarna witte, kaal mag ook, zoals mijn grootvader aan moederszijde. tanden scheef, vergeeld daarna, verrot en uitgevallen - gapende stiltes in mijn mond. ogen dof, desnoods de staar erin, mijn oren laten me allicht sowieso in de steek zoals ze nu al bij mijn moeder doen, zodat iedereen zich roepend kenbaar maken moet en het volume van de tv altijd op maximum zal staan. net zoals mijn grootmoeder wil ik boeken lezen, maar vergeten wie of wat, en welk personage. voortdurend mezelf herhalen, mekkeren over het geleden leven en afzien, maar niet sterven, nog niet sterven, in ieder geval veel en veel te laat sterven en het bij God altijd beter weten als ik dan toch moet sterven, tot het onverstaanbaar reutelen wordt...