Doorgaan naar hoofdcontent

de malle molen


niemand weet welke malle molen zich naar de wind zet in mijn hoofd,
de malle molen en de wind, het zijn vreemde vrienden zal ik zo maar zeggen,
het zouden het licht en de lichtschakelaar kunnen zijn, alleen niemand
weet waar de schakelaar in mijn hoofd zit en waar de lamp brandt.

en het is trouwens de wind die bepaalt wat de molen doet,
het licht brandt, de schakelaar volgt en verandert van stand.

niemand weet dus hoe dat zit met die molen en de wind in mijn hoofd,
ik weet het zelf ook niet eigenlijk. ik voel enkel hoe de wind opzet
en er draait iets door. ik laat het maar, hoef niet meer dan wat beweging
en licht in duistere kamers. de schakelaar mag doen wat hij wil.

het peertje schijnt de ziel uit zijn warme glas en de wind waait en waait,
wordt gevangen door een malle molen die niet vraagt waarom.

Reacties

Populaire posts van deze blog

afgeknipte handschoenen

met afgeknipte handschoenen - ze rafelen en de draadjes kriebelen tussen mijn vingers - werk ik met een scherm voor mijn neus aan wat ik straks zal moeten uitprinten of met opmerkingen terugsturen. ondertussen wordt het dak geïsoleerd en elke buitenmuur volgespoten met plastic bolletjes - niet speciaal voor mij, ik wikkel mezelf graag in dekens, draag laag over laag op mijn lijf, lees een boek in de stoffigste hoek van dit vochtige huis. maar ik leef hier niet zonder hun twee, dus behoor ik te plannen en te verbeteren met halfwassen handschoenen om mijn tere boekhoudersvingers, die op een toetsenbord thuis horen, geen blote en vereelte buitenhanden om de steel van een spade geklemd. werken aan toekomst, steeds meer toekomst. wearing fingerless knit gloves - they have freyed a bit and the short threads tickle me whenever I touch my face - I work with my nose close to a computerscreen on something I will have to print lateron or send back with ...

het vat is af, het glas tot de bodem geledigd

diepgeploegde voorhoofdrimpels wil ik hebben, waar de schaduwen van de jaren zich ophouden - net als mijn grootvader zaliger, net als mijn vader, mijn oudste broer, en zo snel mogelijk grijze haren op mijn hoofd, in mijn snor en in mijn baard, en daarna witte, kaal mag ook, zoals mijn grootvader aan moederszijde. tanden scheef, vergeeld daarna, verrot en uitgevallen - gapende stiltes in mijn mond. ogen dof, desnoods de staar erin, mijn oren laten me allicht sowieso in de steek zoals ze nu al bij mijn moeder doen, zodat iedereen zich roepend kenbaar maken moet en het volume van de tv altijd op maximum zal staan. net zoals mijn grootmoeder wil ik boeken lezen, maar vergeten wie of wat, en welk personage. voortdurend mezelf herhalen, mekkeren over het geleden leven en afzien, maar niet sterven, nog niet sterven, in ieder geval veel en veel te laat sterven en het bij God altijd beter weten als ik dan toch moet sterven, tot het onverstaanbaar reutelen wordt...

de kans

geef mij de kans die ik niet verdien, dans met mijn schaduwen op een stoffig vloertapijt, en luister naar de donkerrode tonen uit de achtergrond, lees zorgvuldig en op de harde tast de blauwe plekken, die dieper gaan, veel dieper dan mijn doorzichtige huid. give me the chance I don't deserve, dance with my shadows on a dusty carpet, and listen to the dark red tones from the background, read carefully and by hard touch the obscure bruises, that go deeper, much deeper than my transparent skin.