zelfontbranding dachten de vaders uit de buurt toen ze op een hete dag in augustus met schop en deken, de weidebrand trachtten te doven. de moeders wisten wel beter, maar zwegen, en Wouter en ik, pallieters als we waren, wisten ook beter. Wouter vluchtte met lange benen langs de coniferen van Mia, naar het eikenboske op het einde van de straat en ik verborg me trillend van de adrenaline achter de verste zetel binnen. daar ontstak ik in mezelf alle schuld. en hoewel Mark de sigaren uit zijn kelder nooit gemist heeft en ik de aansteker achteraf precies terug op zijn plaats legde; en hoewel ik nu weet dat je een kind nooit kwalijk kunt nemen dat het sneller wilt opgroeien dan de natuur toelaat; daarvoor is het ondertussen te laat, geschiedenis is onuitwisbaar.
Een blog met en over poëzie en literatuur