Doorgaan naar hoofdcontent

Posts

Posts uit januari, 2016 tonen

Aan de Boskant - dertien

Ben je zeker dat ons nest warm genoeg zal zijn deze winter? vroeg ze toen ze al hun plaatsen in het nest hadden ingenomen en zij haar glinsterende vleugels netjes opgevouwen had. Normaal wel, antwoordde hij. Ik voel nog steeds een zuchtje wind doorheen het mos, de bladeren en de takjes. De winter is erg vroeg dit jaar en de wind snijdt al, maar het nest is veel dichter gemaakt dan vorig jaar, kruip maar dicht tegen me aan. Als eerste deed Springeekhoorn zijn ogen dicht, Zilvervleugel lag nog een beetje te doezelen en zag hoe de laatste vlinders van dat jaar zich door de twijgjes wrongen om zo dicht mogelijk bij hen te zijn. Wat ook zij niet meer zag, was hoe die laatste vlinders hun eitjes legden voor de wind hun tere vlegels meenam en hoe nog voor de ijzige noord- en oostenwind het land en het bos teisterden, de poppen van die larven ook het kleinste gaatje in hun nest hadden opgevuld. Het nest was één grote witte bol geworden die zelfs de koude van Siberië had kunnen tr

Aan de boskant - Twaalf

Het was in feite niet eerlijk voor Zilvervleugel dat toen zij wakker werd, geconfronteerd werd met iets dat volledig om haar heen gebeurd was en waar ze toch zo direct mee geconfronteerd werd, maar ze ging er heel licht mee om. Hoewel ze soms wel degelijk vloekte, was ze heel blij dat haar springer nog steeds bij haar in de buurt was. De rest hoefde ze niet echt te weten. Springeekhoorn loste bijzonder weinig over wat er gebeurd was en de informatie druppelde maar heel gestaag door. Ze vroeg er ook niet echter, maar luisterde telkens oprecht als hij iets te zeggen had. Het litteken op zijn rug was op zich heel snel gehecht en ook van het bloedtekort herstelde hij blijkbaar vrij vlot. Alleen de inspanning liet een soort druk achter op zijn borst, alsof er een draak in huisde, zei hij op een keer, die niet leek weg te ebben. Dat was vorige keren toch vlotter gegaan, dacht hij, ik word inderdaad ouder. Ijspatrijs had hem ervoor gewaarschuwd herinnerde hij zich. Hij zocht vaak de stilte

Aan de boskant - Elf

Rodevos had zich gelukkig al losgemaakt van de gevaren die er in het oude woud dreigden en op sluwe wijze was hij er in geslaagd om zo goed als onzichtbaar te worden tussen al het prehistorische geweld, maar hij had de weg terug nog niet gevonden. D.w.z. hij had weten te overleven, maar was hopeloos verdwaald. Het had Springeekhoorn veel moeite gekost om hem te lokaliseren en nog meer om hem ervan te overtuigen met hem mee te gaan. De arme knaap was al behoorlijk paranoia. Al bij al was zijn operatie redelijk vlot verlopen. Tot ze haar tegenkwam natuurlijk. En zij was duidelijk in het voordeel, dit was haar terrein, haar territorium. Geen wonder dat Rodevos plots door de lucht geslingerd werd en Springeekhoorn een lelijke vleeswonde op zijn rug opliep. Ze ontsnapten. Gelukkig, maar niet zonder de snijdende kevers en de bloedzuigende nachtvlinders. Rodevos mankte en hoewel de vleeswonde van Springeekhoorn niet erg diep was, had hij wel veel bloed verloren. Zo sukkelden ze uiteindel