Het duurde tot de nachten langer en kouder werden dat Springeekhoorn besefte dat ze een andere en een meer beschutte plaats moesten hebben om te slapen. Drie volle dagen werkte hij de naad uit zijn lijf om zijn idee daarover uit te voeren. Hij had er niets over verklapt aan Zilvervleugel en aanvankelijk voelde zij zich behoorlijk buitengesloten, maar toen zij zag hoe hij allerlei wat hij kon gebruiken uit het bos ging halen en hoe indrukwekkend hij de takken tussen de ramp en de brugpijler weefde, slaakte ze gilletjes van plezier. Springeekhoorn wou absoluut klaar zijn op de dag dat het Vuurfeest gehouden werd, de dag dat de winter officieel begon. Dan zouden ze een stek hebben om thuis te komen, iets om zich een hele winter warmpjes in te nestelen. En het lukte, een paar uur voor het Vuurfeest zou beginnen, legde hij er de laatste hand aan, ook al was Zilvervleugel al de hele dag aan het zeggen dat het al lang goed was, het zag er prachtig uit. Maar hij wou die binnenkant opfleuren met verschillende kleuren mos en dat moest een verrassing blijven.
Wat doe je toch de hele tijd? zei Zilvervleugel, we moeten ons dringend klaarmaken voor het feest.
Met de meet in zicht stop ik niet, antwoordde Springeekhoorn, en met de plukjes mos tussen zijn harige vingers werkte hij geduldig voort. Ik ben bijna klaar. Hij had uren gezocht achter deze kleuren en dat in het zachtste soort van mos dat hij kende.
Mocht ze komen kijken?
Nee, dat mocht ze niet. Dat is voor vannacht, zei hij, want hij wist hoe mooi de kleuren zouden gloeien in het duister en het halflicht. Maak je al maar klaar.
Ik ben klaar, zei ze, ik mocht me toch niet te mooi opmaken.
Nee, zei hij, dat soort van feest is het niet.
Ik ben benieuwd, zei ze.
Klaar, zei hij. Nog even in het water springen om me te verfrissen en we kunnen vertrekken.
Moet je niks eten?
O ja, er zal op het feest wel genoeg eten zijn, maar ik denk dat ik even vergeten was hoe veel honger ik wel niet heb. De paddenstoelen zien er verrukkelijk uit.
Met een speelse ondeugende blik die duidelijk maakte dat zij ook als hij een duik nam niet even mocht komen piepen in het nest, sloot hij het deurtje en ging zich wassen.
Wat doe je toch de hele tijd? zei Zilvervleugel, we moeten ons dringend klaarmaken voor het feest.
Met de meet in zicht stop ik niet, antwoordde Springeekhoorn, en met de plukjes mos tussen zijn harige vingers werkte hij geduldig voort. Ik ben bijna klaar. Hij had uren gezocht achter deze kleuren en dat in het zachtste soort van mos dat hij kende.
Mocht ze komen kijken?
Nee, dat mocht ze niet. Dat is voor vannacht, zei hij, want hij wist hoe mooi de kleuren zouden gloeien in het duister en het halflicht. Maak je al maar klaar.
Ik ben klaar, zei ze, ik mocht me toch niet te mooi opmaken.
Nee, zei hij, dat soort van feest is het niet.
Ik ben benieuwd, zei ze.
Klaar, zei hij. Nog even in het water springen om me te verfrissen en we kunnen vertrekken.
Moet je niks eten?
O ja, er zal op het feest wel genoeg eten zijn, maar ik denk dat ik even vergeten was hoe veel honger ik wel niet heb. De paddenstoelen zien er verrukkelijk uit.
Met een speelse ondeugende blik die duidelijk maakte dat zij ook als hij een duik nam niet even mocht komen piepen in het nest, sloot hij het deurtje en ging zich wassen.
Reacties
Een reactie posten